Heren 3

Heren 3

Op dit niveau turn je 7 elementen: de afsprong en de 6 elementen met de hoogste waarde tellen. Als je 5 elementen of minder elementen turnt zul je een penalty ontvangen. 

Op dit niveau kun je tA, A, B en C elementen turnen. Voor de afsprong krijg je 0.3 voor tA en 0.50 voor A of hoger.


Vloer

Je moet op dit niveau in alle hoeken van de vloer komen. 


Elementgroep I

Elementgroep II

Elementgroep III

Handstand (2s) (A)

Zweefrol (A)

Sprong rugwaarts met halve draai tot rol voorover (A)

Stutrol (tA)

Salto voorover gehurkt (A)

Salto achterover (A)

Radslag (tA)

Loopoverslag (A)

Flikflak (A)

Arabier (tA)

Overslag (A)

Salto achterover gestrekt (B)

Hoeksteun (2s) (tA)

Salto voorover gestrekt (B)

Salto achterover gestrekt met ½ of 1/1 draai (B)

Zweefstand (2s) (tA)




Voor je afsprong doe je een element uit groep II of III die je op twee voeten landt (dus geen loopoverslag of zweefrol).

Je kunt op vloer een bonus ontvangen door een salto combinatie te doen. Voor een A-A of A-B combinatie ontvang je een bonus van 0.1. Voor een B-B, B-C of C-C combinatie ontvang je een bonus van 0.2.


Voltige

Op dit niveau moet je op alle delen van het paard komen.


Elementgroep I

Elementgroep II

Elementgroep III

Elementgroep IV

Schaar rugwaarts (A)

Suis Simple (goede opsprong) (tA)

Flanken met transport (A)

Afwenden uit flank of flair (A)

Schaar voorwaarts (met ½ draai) (A)

Flank in parralelsteun (A)

Transport voorwaarts met ¼ spindel tot dwarssteun (B)

Flank gevolgd door ½ flank met 

afwenden (tA) 

Schaar v.w. met transport zijwaarts (ook met ½ draai) (B)

Kopflank (A)

Transport rugwaarts met ¼ spindel tot dwarssteun (B)

Dubbelkeren tot stand (tA)


Ruglingse flank (A)




Ringen

Bij ringen bestaat je oefening uit een combinatie van kracht elementen en zwaai elementen.


Elementgroep I

Elementgroep II

Elementgroep III

Elementgroep IV

Inloque (A)

Schouderstand (2s) (tA)

Vooropzet tot hoeksteun (2s) (B)

Salto achterover gehurkt (tA)

Disloque (A)

Ruglingse hang (2s) tot vouwhang (tA)

Kip tot hoeksteun (2s) (B)

Salto achterover gehoekt of gestrekt (A)

Vooropzet tot steun (A)

Hoeksteun (2s) (A)

Achteropzet tot gespreide bovenbalans (2s) (B)

Salto achterover gestrekt met 1/2 draai (A)

Achteropzet tot steun (A)

Plank achterwaarts of voorwaarts (2s) (A)


Salto achterover gestrekt met 1/1 draai (B)

Kip tot steun (A)

Gespreide bovenbalans (2s) (A)


Dubbel salto achterover gehurkt of gehoekt (B)


Sprong

Bij sprong mogen twee sprongen worden uitgevoerd. Bij een meerkamp telt de hoogste 

sprong (NSTC 2, NSK, NSTC Teams), bij een toestelwedstrijd (NSTC 1) telt het gemiddelde. Bij een meerkamp hoef je maar 1 sprong uit te voeren, maar mag je ook 2 sprongen uitvoeren. In een toestelwedstrijd spring je altijd 2 sprongen.

De hoogte van de pegasus is 1.35. Het gebruik van een trampoline is niet toegestaan. 


SPRONG

D-SCORE

Overslag

1.60

Overslag ¼ in (arabier)

1.60

Overslag ¼ in en ¾ uit 

1.80

Overslag ½ draai uit

1.80

Overslag 1/1 draai uit

2.00

Overslag ½ in en 5/4 uit

2.00


Brug

Op de brug bestaat een oefening uit steunzwaaien, hangzwaaien en krachtelementen. 


Elementgroep I

Elementgroep II

Elementgroep III

Elementgroep IV

Pendelkip (tA)

Achteropzet tot steun (tA)

Ondersprong tot bovenarmhang (A)

Handstand afwenden (tA)

Hoeksteun (2s) (A)

Schouderrol voorwaarts (tA)

Zweefkip (A)

Salto gehurkt uit de puntjes (tA)

Handstand (2s) (A)

Vooropzet tot steun (A)

Stut tot hang (A)

Salto achterover of voorover (ook met ½  draai) (tA)

Handstand heffen met gestrekte armen en benen of met gestrekt lichaam en gebogen armen (2s.), ook met gespreide benen (B)


Moy tot steun met gebogen benen (ook zonder loslaten) (B)

Uit hang aan het leggereinde salto achterover gestrekt (A)



Moy tot bovenarmzwaai (tA)

Salto achterover of voorover gehoekt of gestrekt, ook met ½ draai (B)


Rekstok

Op rekstok bestaat een oefening uit lange zwaaien en zwaaien dicht bij de stok. 


Elementgroep I

Elementgroep II

Elementgroep III

Elementgroep IV

Achteropzet tot steun (tA)

Overkeren (B)

Buikdraai voorover gestrekt (tA)

Salto achterover of voorover gehurkt (tA)

¾ reus (tA)


Buikdraai achterover gestrekt (tA)

Salto achterover of voorover gehoekt of gestrekt, ook met ½ draai (A)

Reuzendraai voorwaarts of rugwaarts (ook met ½ draai) (A)


Stille kip (tA)


Achteropzet tot handstand (A)


Kip uit zwaai (tA)


Onze sponsoren